Het leveren van waarde is het centrale thema waar het om gaat binnen Agile werken. De Product Owner is primair verantwoordelijk voor het maximaliseren van de waarde van het product zodat de doelen en de missie van de organisatie behaald worden. De Product Owner vergaart daarvoor de benodigde input bij de business stakeholders en het ontwikkelteam. Veel aandacht is er voor het samenstellen van de Backlog op basis van de prioriteit van de user stories. Veel minder aandacht ervaar ik voor het meten van de gerealiseerde waarde. Maar daar draait het toch om?
Tot voor kort, in de meer traditionele projecten, werd de opgeleverde waarde afgemeten aan de vooraf gestelde scope. Het was vervolgens de taak van de business om met die scope waarde te creëren. De noodzaak om feed back met betrekking tot de gerealiseerde waarde terug te geven aan de ontwikkelaars was er niet omdat projectteams al decharge hadden gekregen of opgeheven waren. Door de introductie van het incrementeel opleveren van software en het formeren van Agile-teams is die noodzaak er wel. Waarde wordt onder leiding van de PO op voorhand geschat door de verschillende stakeholders, maar pas na elke oplevering gerealiseerd. Omdat schattingen diverse aannames bevatten, moet je de daadwerkelijk gerealiseerde waarde meten en gebruiken om tot een goede prioriteitstelling van de backlog te komen.
Waarde kan ervaren worden door verschillende groepen stakeholders zoals het management, aandeelhouders, medewerkers, overheden en (potentiële) klanten. Het bepalen van de gerealiseerde waarde start met het definiëren van de groepen die waarde ervaren. Per groep definieert de PO de indicatoren van waarde: Key Value Indicators (KVI). Het aantal verschillende indicatoren is recent toegenomen. Naast inkomsten of kostenreductie zijn elementen als reputatie, duurzaamheid, veiligheid en performance belangrijke indicatoren waarmee organisaties zich kunnen profileren en klanten zich mee willen identificeren.
Aan een KVI kan ook een beoogd resultaat gekoppeld worden. Sommige resultaten kunnen snel en objectief vast te stellen zijn zoals het aantal verkochte producten. Andere resultaten zijn aan interpretatie onderhevig, minder frequent en op de lange termijn pas vast te stellen door bij voorbeeld een marktonderzoek. Denk daarbij aan het duurzame imago van een product. Daardoor ontstaat er een spanningsveld om de juiste strategie te kiezen: een veilige koers door snel resultaat te boeken of meer onzekerheid door resultaten op langere termijn na te streven. Mijn ervaring is dat een Product Owner kiest voor het eerste, het snel leveren van producten of functionaliteit. Het blijkt lastig om strategie en beleid te vertalen naar een backlog die waarde levert aan alle groepen stakeholders.
Ja, initieel moet de backlog de prioriteitstelling hebben op basis van een geschatte waarde en het belang van de verschillende epics voor de organisatie. Maar na verloop van tijd moet de backlog gevormd worden door de gerealiseerde waarde. Het ontwikkelteam zal daarbij moeten investeren in monitoring, data analyse, klant- en marktonderzoek. Bij het bepalen van (maximale) waarde van de backlog items moeten de verschillende KVI´s door de Product Owner in overweging worden genomen. Op die manier ervaren alle stakeholders op de lange termijn waarde en worden de bedrijfsdoelstellingen gerealiseerd.